De kracht van het verschil

Vakantieperiodes zijn goed voor ontspanning, maar ze zorgen ook geregeld voor irritaties. Een prille relatie, stroef lopende huwelijken, schoonfamilies, nieuw samengestelde gezinnen, vrienden met botsende karakters: die langverwachte zonvakantie kan relaties lijmen, maar ook op scherp zetten. Mensen verschillen namelijk in veel dingen, maar vooral in hoe ze omgaan met dat wat onbekend en anders is.

“Onbekend maakt onbemind”, zegt een aloud spreekwoord. Maar of we dat zo ervaren, hangt sterk samen met onze persoonlijkheid. De Big Five is een persoonlijkheidsmodel dat vaak wordt gebruikt bij sollicitatieprocedures. Het brengt via vijf hoofddimensies de persoonlijkheid in kaart: extra- of introversie, inschikkelijkheid, (on)zorgvuldigheid,  emotionele stabiliteit, openheid voor ideeën en ervaringen.

Onbekend maakt bemind

Vooral onze openheid voor nieuwe ervaringen bepaalt hoe we omgaan met alles wat afwijkt van het vertrouwde. Voor wie hoog scoort op openheid, is het leven één groot avontuur. “Onbekend maakt bemind”, is het credo van zulke mensen. Zo iemand is nieuwsgierig en droomt ervan nieuwe plaatsen te ontdekken en nieuwe wegen te  proberen. Verloopt alles niet volgens schema? Geen probleem, dan maak je toch gewoon een nieuw schema?

Onbekend maakt onbemind (of zelfs ontstemd)

Wie laag scoort, hecht meer waarde aan het vertrouwde. Zulke mensen houden van vaste routines, dagschema’s, plaatsen, restaurants en activiteiten. Als schema’s op het laatste moment worden omgegooid, gaan ze mopperen, worden ze boos of chagrijnig. Dat gedrag stelt de flexibele partner of vriend voor vraagtekens. Waarom zou je überhaupt de illusie koesteren dat het leven zich moest gedragen zoals jij wil? De flexibele geest zwijgt, ergert zich aan de ergernis van de ander, of wringt zich in allerlei bochten om verdere fricties te voorkomen, en verliest daarmee een stukje van zijn of haar spontaniteit.

Avonturiers en gewoontedieren

Tijdens veel vakanties komt de kloof tussen avonturiers en comfort- en gewoontezoekers op scherp te staan. Terwijl de één ervan droomt onbekende wateren op te zoeken, wil de ander elke avond hetzelfde biertje drinken bij zijn vertrouwde café. Soms lijkt de kloof te groot voor een compromis. Toch bieden vakanties ons juist een unieke kans.

“Dit is Mijn gebod, dat jullie elkaar liefhebben zoals Ik jullie heb liefgehad”, luidt het gebod van Jezus in het Johannesevangelie. Vakantie is bij uitstek een kans om weer even terug te keren naar die woorden, die ons ook vandaag uitdagen. Liefhebben vergt weinig kunst en oefening als je elkaar feilloos aanvoelt en twee handen op één buik bent. Maar sommige mensen maken het ons moeilijker. Bijvoorbeeld door onze vertrouwdheden om te gooien, of een rem te zetten op onze spontaniteit en onze vrije geest.

Groot geschenk

Vakantie daagt ons uit om eens constructief stil te staan bij het verschil. Wat is het nu precies dat de ander zo anders maakt? En wat is de waarde van dat verschil, hoe kunnen we het een plek geven in onze relaties, teams en vriendschappen? De uitdaging is om verschillen niet te zien als een persoonlijke bedreiging, maar als een verrijking.

Juist de mensen die het meest van ons verschillen, kunnen achteraf een groot geschenk blijken. Uitgerekend zij kunnen ons het meest leren over de veelkleurigheid van Gods liefde, en niet in de laatste plaats over onszelf.

Foto door Andrea Piacquadio op Pexels.com

Een verkorte versie van dit artikel verschijnt in augustus 2022 in maandblad Reveil.

Zegent en vervloekt niet

“Sleuteldrager in de Naam des Heren” noemt hij zichzelf. Vanonder een zwarte hoed kijkt hij met een priemende blik de wereld in. Jean-Jozef is een man met een missie. Vanuit zijn geloofsovertuiging voelt hij zich geroepen de “waarheid” van de “leugen” te onderscheiden. Het symbool van zijn missie is een groot zilveren kruis dat hij over zijn zwarte kleren draagt. Aan zoete woorden heeft Jean-Jozef geen boodschap, de vloek is zijn zwaard.

Over de Nederlandse evangelist Jan Zijlstra heeft hij een vervloeking uitgesproken, bekent hij trots: “Het resultaat is bekend”. Daarmee refereert hij aan donderdag 9 september, toen Jan Zijlstra op 82-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van het coronavirus. De evangelist, die met zijn gebedsgenezingsdiensten volle zalen trok, was zowel omstreden als geliefd. Maar zou hij ooit hebben kunnen vermoeden dat medechristenen hem zouden vervloeken en bidden om zijn dood?

Tikkeltje gevaarlijk

Jean-Jozef heeft nog meer in petto. “Hetzelfde heb ik nu met Benny Hinn gedaan”, vervolgt hij, “ook een predikant van de vader der leugen, zijnde satan”. De bedoeling is blijkbaar dat de Amerikaanse televisiedominee Benny Hinn een soortgelijk lot tegemoet gaat. Want Jan Zijlstra en Benny Hinn hebben iets gemeen: charisma, een enorm bereik, zowel fans als vijanden en de “wonderen en tekenen” waarmee hun openbare optredens worden geassocieerd.

Over de kerk next door die van een andere strekking is dan de zijne, maakt Jean-Jozef zich niet druk. Maar Jan Zijlstra en Benny Hinn halen de strijder in hem boven. Wie zich niet in zijn eigen kerk opsluit maar publiek zichtbaar wordt, is een tikkeltje gevaarlijk. Zo iemand krijgt publiciteit en publieke aandacht, heeft een groot bereik en is in staat om mensen te beïnvloeden en dingen gedaan te krijgen. En ja, dat wekt reacties. Soms positief, soms minder – haat, afkeer, wantrouwen, afgunst en jaloezie loeren altijd om de hoek van wie het maaiveld ontstijgt. Dat Jean-Jozef publieke predikers vervloekt, is omdat hij meent als “sleuteldrager” God aan zijn zijde te hebben.

Foto door Andrea Piacquadio op Pexels.com

Wandelen in de liefde

Het mag dan menselijk zijn te denken dat je in je recht staat door tegenstanders te vervloeken, Bijbels is het niet. In de Romeinenbrief spreekt de apostel Paulus zich heel duidelijk uit tegen vervloeken:

“Zegent wie u vervolgen, zegent en vervloekt niet. (..) Vergeldt niemand kwaad met kwaad, hebt het goede voor met alle mensen. Houdt zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, vrede met alle mensen. Wreekt uzelf niet mijn geliefden, maar laat plaats voor de toorn, want er staat geschreven: ‘Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, spreekt de Here.'”

Romeinen 12, 14-21

Maar wat als je gelooft dat iemand werkelijk verkeerd zit? Dat het gedrag van de ander schadelijk is, en dat je een verantwoordelijkheid hebt om daar niet alleen iets van te vinden, maar ook van te zeggen? In dat geval roept de Bijbel op om die persoon onder vier ogen terecht te wijzen.

“Als een van je broeders of zusters tegen je zondigt, moet je die daarover onder vier ogen aanspreken. Als ze luisteren, dan heb je ze voor de gemeente behouden.”

Mattheus 18, 15

Wat we ook doen, altijd maant de Eeuwige ons om in de liefde te blijven wandelen. Dat wandelen in de liefde is de hoofdlijn die de Bijbel doortrekt, en die prachtig uiteen wordt gezet in Het hooglied van de liefde (1 Kor. 13). Wandelen in de liefde is de grootste en soms ook meest enerverende opdracht die de mens op aarde is meegegeven. Je zou het een “liefdevolle onwankelbaarheid” kunnen noemen, die zelfs geldt als de ander onze vijand wordt. Sterker nog: juist dan wordt ons vermogen tot liefhebben op de proef gesteld.

In het Lucasevangelie spreekt Jezus deze woorden:

“Maar tot u, die Mij hoort, zeg Ik:  hebt uw vijanden lief, doet wel degenen, die u haten; zegent wie u vervloeken; bidt voor wie u smadelijk behandelen.”

Lucas 6, 27-28

Helaas heb ik geen prettige boodschap voor “sleuteldrager des Heren”. Geen enkele tekst in de Bijbel roept gelovigen op tot het actief vervloeken van anderen. In plaats daarvan zijn wij als navolgers van Christus voor de taak geplaatst in Zijn voetsporen te wandelen en in alles wat wij doen en zeggen, de naastenliefde vorm te geven en uit te dragen. Er is geen andere weg, want God is Liefde, en wie in de Liefde blijft, blijft in Hem.

Dat is waarom de Bijbel ons op het hart drukt:

“Uw spreken zij te allen tijde aangenaam, niet zouteloos, gij moet weten hoe gij aan ieder het juiste antwoord moet geven.”

Kolonissenzen 4, 6

Wij allen leven zoals we denken dat goed is, met struikelen, vallen en opstaan; maar het eindoordeel van onze wegen komt God toe. Eeuwige, behoed onze tong voor het kwaad en geef dat wij woorden van Leven spreken.

Foto door Angelica Reyn op Pexels.com

Als QAnon de wereld van je naaste beheerst

De coronapandemie was nog nauwelijks over haar hoogtepunt heen, toen Duitsland en de Benelux werden geteisterd door overstromingen. Eerder waren er de aanslagen op Zaventem en metrostation Maalbeek. Tragedies die het optimistische maakbaarheidsgeloof dat de jaren 1990 domineerde, op losse schroeven zetten. Logisch dat mensen in een alsmaar onbeheersbaardere wereld op zoek gaan naar houvast en verklaringen.

De pandemie heeft geleid tot tal van “alternatieve nieuwsmedia”, die zoekenden meenemen in een samenhangend verhaal. Anonieme bronnen als QAnon oefenen een magische aantrekkingskracht uit. Voor wie verzeild raakt in die wondere wereld, wordt het leven al snel een spel. Uren kun je achter je computer doorbrengen, zoekend naar nieuwe QDrops – hints – op basis waarvan je zelf onderzoek kunt doen naar “de waarheid”. Steeds meer ontvouwt zich een alternatief universum, waarin de eenzame ziel een ingewijde wordt; elke huisvader of -moeder een inspecteur.

Coherent geloofssysteem

15 procent van de Nederlanders gelooft dat het coronavirus een gefabriceerd biowapen is, blijkt uit een enquête van Ipsos in opdracht van Nieuwsuur. Paul Thomas, voorzitter van de faculteit Religiestudies van de Universiteit van Radford in Virginia (VS) verdiepte zich in de het gedachtegoed van QAnon. Dat blijkt een grotesk verhaal. Aanhangers van QAnon – Anons genaamd – geloven dat de wereld wordt geregeerd door een satanische pedofiele elite.

Het leven in een wereld waarin je als gewone sterveling niemand kunt vertrouwen, stemt somber. Maar hoop is er ook: Donald Trump is verwikkeld in een kosmische strijd tussen de ‘kinderen van het licht’ en de ‘kinderen van de duisternis’. Met dat eschatologische perspectief, veelal geënt op een letterlijke interpretatie van het Bijbelboek Openbaringen, heeft QAnon duidelijke trekken van een coherent geloofssysteem. Daarbij komen nog de community’s met gelijkgestemden, eigen gezaghebbende bronnen, samenkomsten (in de vorm van protesten) en een geloofsleer die contrasteert met de mainstream wereld en media.

Foto door MART PRODUCTION op Pexels.com

Algoritmes

Tijdens een interview met Marc Noppen, CEO van het UZ Brussel, confronteerde ik hem met het feit dat een aanzienlijk aantal mensen helemaal niet gelooft in het coronavirus dat hij al ruim anderhalf jaar lang bestrijdt. Het verbijsterde hem. “Ik heb er geen verklaring dat veel mensen zo gekant kunnen zijn tegen het virus en de maatregelen. Als je de feiten ziet, is er toch geen discussie mogelijk”, zegt hij in Tertio (11/8).

Een verklaring vinden we wel bij schrijver Arjen Lubach. In De online fabeltjesfuik legt hij haarfijn uit hoe het komt dat familieleden en vrienden plots in een totaal andere mindset kunnen vertoeven. De algoritmen die bedoeld zijn om commerciële clicks te genereren, kanaliseren ook onze meningen en interesses. Geïnteresseerd in Bill Gates? Dan vind je zijn betrokkenheid bij de coronavaccins misschien ook wel leuk.

Na wat klikken bekruipt je het akelige gevoel dat de donaties van Bill en Melinda allesbehalve altruïstisch zijn. Het laat je niet meer los; je blijft zoeken tot in de vroege uurtjes. Vrijwel alles bevestigt je angstige vermoeden. Gaandeweg raak je ervan overtuigd dat je je onwetende familieleden moet redden van een moorddadig complot.

Laten we eerlijk zijn: zo’n verhaal is stukken spannender dan een wereld die van chaos en toevalligheden aan elkaar hangt. Een universum waarin artsen en politici het af en toe ook niet meer weten, en waarin klimaatverandering en pandemieën ons bruut confronteren met onze sterfelijkheid en machteloosheid. Bij QAnon blijft de mens aan zet, zelfs tot het bittere eind.

Foto door Gladson Xavier op Pexels.com

Niet zo onschuldig

Complottheorieën maken het leven spannender, maar zijn ze ook onschuldig? Thomas heeft daar zijn bedenkingen bij. Tijdens zijn onderzoek ontdekte hij dat de QAnon-samenzwering steeds meer antisemitische trekjes aanneemt en ook voet aan de grond krijgt in neonazikringen. Vooraanstaande personen lopen bovendien een toenemend risico op geweld.

Dat is verklaarbaar. In het verhaal van Viruswaarheid, QAnon en Xandernieuws vertegenwoordigt “de elite” het ultieme kwaad. Over mensen als paus Franciscus, Hillary Clinton en Joe Biden gaan bloedstollende verhalen de ronde. Wie die als de ultieme waarheid beschouwt, zou weleens op het onzalige idee kunnen komen de wereld een dienst te moeten bewijzen.

Maar ook in het alledaagse leven trekt het complotdenken scheuren. Socioloog Jaron Harambam promoveerde aan de Vrije Universiteit van Amsterdam op onderzoek naar complotdenkers en werkt nu voor de KU Leuven. “In sommige gevallen ligt zelfs scheiding op de loer”, constateert hij. “Bij de families die wij bezochten leidden de verschillende wereldbeelden tot flinke spanningen thuis.”

Foto door Keira Burton op Pexels.com

Omgaan met complotdenkers

Hoe ga je om met een familielid of vriend die gegrepen is door het virus van QAnon? Discussiëren is meestal zinloos. Beter kun je onderzoeken waar die denkbeelden vandaan komen en oprechte interesse tonen. “Door de ingrijpende maatregelen die zijn genomen tijdens de coronacrisis wordt onze toekomst onzeker”, stelt Harambam. “Mensen krijgen het idee dat het verhaal van politici en virologen de enige waarheid is. Een van de weinige plekken waar andere geluiden te horen waren was de wereld van complotdenkers. Vragende mensen werden daarnaartoe gezogen.”

Een veelvoorkomende valkuil is dat er van beide kanten weinig interesse wordt getoond en weinig vragen worden gesteld. “Bevraag de ander vanuit nieuwsgierigheid in plaats van uit angst voor een ander wereldbeeld en een ander geluid”, adviseert Harambam. De uitdaging is om niet alleen naar de ideeën te kijken, maar vooral ook naar de persoon daarachter. “Je moet iemand weer humaniseren. Je wilt diegene zien als iemand met een geschiedenis, gevoelens en ideeën. In situaties van polarisatie zie je vaak een dehumanisering.”

Agree tot disagree

Nog een valkuil: je laten meeslepen in een welles-nietesdiscours. Ontstaat er een patstelling tussen botsende wereldbeelden, dan leidt dat alleen maar tot frustratie, ruzie en verwijdering. Beter kun je je verplaatsen in de positie van de ander. Wie tot de mainstream behoort, heeft het dagelijkse nieuws, de experts en virologen aan zijn zijde.

Voor aanhangers van QAnon of Viruswaarheid geldt dat niet. Zij worden voortdurend gestigmatiseerd – weggezet als Wappies bijvoorbeeld – en hebben daardoor het gevoel dat zij zich constant moeten verdedigen. Velen maken zich bovendien oprecht zorgen om hun familieleden, als die zich hebben laten vaccineren. Op die gevoelens wordt meestal niet ingegaan. In zijn onderzoek zag Harambam dat complotdenkers nogal eens werden afgeblokt met streberige, betweterige en fact-checkende reacties. “Dan kun je beter denken: die waarheid parkeren we even.”

Harambams laatste tip: vermijd sociale media en blijf het gesprek face-to-face voeren. “Niemand zit te wachten op een betweterige figuur die jou vertelt hoe de wereld in elkaar steekt. Wil je de dialoog blijven aangaan, dan zeg ik: stug volhouden met open armen.”

Foto door Elina Fairytale op Pexels.com

Meer lezen?

Het is de toon die de muziek maakt

Hoe duidelijk je ook denkt te communiceren, je boodschap komt helemaal anders over. Herkenbaar? Toneelschrijver George Bernard Shaw zie ooit: “Het grootste probleem in communicatie is de illusie dat het heeft plaatsgevonden”. Daar kunnen we aan toevoegen dat ook een neutrale luisteraar een illusie is. Elke boodschap gaat door een krachtig filter. Mensen horen daardoor vaak niet wat je zegt, maar wat ze zelf nodig hebben.

Zou iedereen in je omgeving een getinte zonnebril dragen, dan zou waarschijnlijk niemand het opmerken als je een witte blouse droeg. Door roze glazen oog je shirt roze; door oranje glazen oogt het oranje en door blauwe glazen blauw. Vanzelfsprekend, toch? Maar we zijn vaak verrast als mensen ons op de een of andere manier verkeerd begrijpen. Als ze in onze boodschap iets heel anders zien of verstaan dan wij hadden bedoeld. Dan vergeten we iets belangrijks: het menselijk waarnemingsfilter is krachtiger dan welke zonnebril dan ook.

De organist

Een organist bespeelde al vele jaren het kerkorgel in een dorpskerk. Bij het verschijnen van het nieuwe dienstrooster ontdekte hij dat hij minder vaak aan de beurt was dan andere organisten. Een pijnlijke gedachte welde in hem op: “Ze vinden mij niet goed genoeg meer. Ze willen mij eruit werken”. Zonder dat hij het besefte, werd die gedachte een filter. Elk woord, elke daad van de kerkenraadsleden, ging door de bril van zijn angstige vermoeden. Stuk voor stuk werden het “zie je wel!”-ervaringen.

Tot op een dag de bom barstte. De organist schreef een lange brief aan de kerkenraad waarin hij zijn ongenoegens uitte. Daarin schreef hij ook dat hij zou vertrekken, nog voordat iemand de kans kreeg hem eruit te gooien. Nooit zouden de witte toetsen nog worden beroerd door deze begaafde musicus; de kerk en het orgel bleven verbouwereerd achter.

Achter elke interpretatie schuilt een behoefte

Effectief communiceren betekent niet alleen dat we verantwoordelijkheid nemen voor wat we zeggen, maar ook voor welke toon we aanslaan. Willen we de juiste toon vinden, dan zullen we moeten anticiperen op de luisterfilters van onze naaste. De meest effectieve manier om die te bepalen, is inzicht te krijgen in zijn of haar behoeften of belangen.

“Behoeften zijn de energie van het leven – de fundamentele motivatie voor alle gedrag. Achter elke handeling schuilt een honger om behoeften te vervullen.”

Marshall Rosenberg

Marshall Rosenberg werkte wereldwijd als vredestichter voordat hij het Centre for Nonviolent Communication oprichtte. Het centrum richt zich op een communicatie die de broederschap tussen mensen ondersteunt en die conflicten probeert op te lossen. Op wereld- of op (inter)nationaal niveau, maar ook in familierelaties of op het werk. De centrale gedachte van Rosenberg is dat mensen niet horen wat er wordt gezegd, maar wat ze nodig hebben. Achter elke (mis)interpretatie schuilt een behoefte.

Negen fundamentele menselijke behoeften

Rosenberg gaat ervanuit dat mensen negen fundamentele basisbehoeften hebben. Dat zijn de basisfilters waardoor ze geneigd zijn te luisteren.

  • Genegenheid
  • Creatie
  • Recreatie
  • Vrijheid
  • Identiteit
  • Begrip
  • Participatie
  • Bescherming
  • Levensonderhoud

Dat betekent dat een simpele boodschap als “Jij hoeft aankomende zondag niet op het orgel te spelen” op verschillende manieren kan worden gehoord, afhankelijk van wat mensen motiveert.

Iemand die begrijpend luistert, kan horen dat een collega door privéomstandigheden graag wil ruilen (ook al heb je dat niet gezegd).

Iemand die door de filter creatie luistert, denkt misschien dat er een speciale themadienst op het programma staat (ook al is die niet aangekondigd).

Iemand die wordt gedreven door identiteit, kan horen dat hij wordt weggezet omdat hij blijkbaar overbodig is geworden (zelfs al liet niemand dat doorschemeren).

De simpele uitspraak “Jij hoeft zondag niet te spelen”, kan dus worden gehoord als “een collega heeft persoonlijke problemen/is ziek”, “er staat vast een ander soort dienst op het programma” of “ik ben niet belangrijk genoeg voor ze”, afhankelijk van het filter dat de luisteraar erop nahoudt. Zelfs al communiceer je dus nog zo straight forward, menselijke gevoeligheden kunnen communicatie tot een waar mijnenveld maken. Met deze drie tactieken kun je je gelukkig een hoop ellende besparen.

1. Spreken in iemands luisteren

Aangezien de perceptie van anderen al snel jouw reputatie kan worden, is het raadzaam niet alleen verantwoordelijkheid te nemen voor hoe je communiceert, maar ook voor hoe je boodschap overkomt op de luisteraar.

Als je mensen goed kent, kun je soms een indruk krijgen van het filter waardoor ze luisteren. Is je collega een gevoelig type dat bij vlagen gebukt gaat onder melancholie? Dan kan het handig zijn je verzoek daarop af te stemmen. Hetzelfde geldt voor een type dat gericht is op macht en identiteit. Dat samenspel wordt het spreken in iemands luisteren genoemd.

2. Vragen staat vrij

Niet altijd is duidelijk of onze boodschap is overgekomen, dus soms kunnen we er maar beter gewoon naar vragen. In het begin is dat misschien even wennen, maar het voorkomt dat een simpele vraag of opmerking een eigen leven gaat leiden.

3. Verklaar

Door duidelijk je motivatie uit te leggen, weet de luisteraar wat er achter jouw vraag of verzoek zit. Een heldere uitleg verkleint de kans dat hij of zij er een onjuiste interpretatie aan zal geven. Als je een film wilt zien kun je natuurlijk de afstandsbediening opeisen, maar je kunt ook zeggen: “Mag ik nu even switchen? Er komt om 20.00 uur een film die ik niet graag wil missen”.

Echokamer van de behoefte

Spreken in iemands luisteren, vragen en uitleggen zijn drie strengen van het drievoudig snoer dat effectieve communicatie heet. Het vereist wat oefening, maar als je eenmaal de slag te pakken krijgt kun je het ook omdraaien. Door open vragen te stellen (“Wat bedoel je daarmee?”) kun je proberen te achterhalen wat de spreker motiveert.

Neutrale luisteraars zullen wel altijd een illusie blijven. Maar door inzicht te krijgen in het luisterfilter van de ander, kun je in elk geval voorkomen dat woorden gaan ronddolen in de echokamer van andermans behoeften. C’est le ton qui fait la musique.

Polarisatie voorkomen? Zo doe je dat!

Mensen die lijnrecht tegenover elkaar staan, het is een veelvoorkomend probleem. Kranten staan bol van tegenstellingen die op sociale media vol passie worden uitgevochten. Meestal zonder succes; bestaande tegenstellingen komen alleen maar meer op scherp te staan. Lezer Jeroen vraagt zich af hoe het anders kan. Hoe help je mensen hun perspectief te verruimen?

In mijn vorige blogpost stond ik stil bij het principe van de gedifferentieerde kaarten. Welke kaart je over de werkelijkheid legt, bepaalt grotendeels hoe je de dingen ziet. De uitdaging is om die kaarten af te wisselen. Daardoor ontstaat een breder perspectief. En niet onbelangrijk: het kan ons helpen impasses te doorbreken en elkaar beter te begrijpen.

Mensen staan vijfmaal vaker op zenden

Dat het onderwerp mensen bezighoudt, bleek uit de vele reacties die ik kreeg. Een ervan was afkomstig van Jeroen.

“Mooi zoals je dat zegt, dat er dan een nieuw perspectief ontstaat. Dat haal ik ook vaak aan en ik gun iedereen zo dat perspectief. Alleen moet ik vaak de discussie aan zonder dat men eerst dat perspectief wil ontdekken. Dat is lastig, vind ik altijd. Dan blijf je een beetje langs elkaar heen praten. Heb jij nog tips voor me?”

Jeroen

Goede vraag, Jeroen! Onlangs interviewde ik de Nederlandse communicatieadviseur Bert Bakker (Tertio 1.104 van 7 april 2021). Hij neemt geregeld kerkenraadsvergaderingen onder de loep door een opname te maken en het gesprek te analyseren. In een gemiddeld gesprek telde hij 17 uitingen van interesse. 91 keren waren mensen zelf hun verhaal aan het inbrengen. Mensen staan dus vijfmaal vaker op zenden.

Er wordt veel gepraat, maar weinig écht geluisterd. Gesprekspartners die lijken te luisteren, zijn vaak in gedachten al bezig met hoe ze willen reageren. Anders gezegd: ze luisteren niet om te luisteren, maar om te kunnen spreken. In een wereld waarin veel mensen eenzaam zijn en zich niet gehoord voelen, is dat een groot gemis. Hoe vaak gebeurt het dat iemand oprecht in je geïnteresseerd is? Toch kan iedereen een luisterend oor zijn.

Angst voor conflicten

“Een van de voornaamste redenen waarom er vaak niet echt geluisterd wordt, is dat we bang zijn voor conflicten”, stelt Bakker. “De zorg bestaat dat als we de diepte ingaan, we ontdekken hoe verschillend we er werkelijk over denken, en kunnen we dat wel goed handlen?” De centrale reden om niet te luisteren, is dus angst. Want als je lijnrecht tegenover elkaar komt te staan, kan er van alles misgaan:

  • Een onschuldig meningsverschil kan escaleren;
  • Relaties kunnen vertroebelen;
  • We kunnen aan onszelf gaan twijfelen;
  • We moeten misschien toegeven dat we ongelijk hadden;
  • Ons wereldbeeld kan op losse schroeven komen te staan.

Stresshormonen

Het gevolg is dat botsende wereldbeelden stress oproepen. Ontstaat er een conflict, dan maken we stresshormonen aan: adrenaline, cortisol en noradrenaline. Die zorgen ervoor dat we geneigd zijn te reageren met een typische stressreactie. Psychologen onderscheiden er drie: vechten, vluchten of verstijven. In het eerste geval gaan we in de aanval of de verdediging, in het tweede vermijden we het conflict, en in het derde geval klappen we dicht.

Stressreacties zijn reuze handig als er acuut gevaar dreigt. Maar als het om communicatie gaat, zijn ze niet altijd een geschenk. Ze voorkomen namelijk een open mind. In plaats van open te staan voor het standpunt van de ander, gaan we sturen. We komen met allerlei tegenargumenten, maar luisteren niet echt naar wat de ander te zeggen heeft. Het gevolg is dat wat we vreesden, gebeurt. We eindigen elk in onze loopgraven en het conflict escaleert.

1. Creëer veiligheid

Hoe voorkom je dat zoiets gebeurt? Het sleutelwoord is veiligheid. Schep een sfeer waarin beide gesprekspartners zich veilig voelen. Ook als dat betekent dat je niet altijd een antwoord hebt, dat je dingen verschillend ziet of dat je moet toegeven dat je het in alle respect samen niet eens kunt worden. Stap nummer één voor het creëren van veiligheid is maken dat de ander zich gezien voelt.

“Zeker in Nederland zijn de catchy oneliners troef, constateert Bakker. “Mensen reageren algauw met: leuk, goed van je, of: heb ik ook! Het effect kan zijn dat de ander wordt stilgezet, terwijl een vraag als ‘hoe heb je dat nu ervaren?’, uitnodigt om verder te vertellen.” Schrijver Henry Nouwen noemde het geestelijke gastvrijheid. Zeker bij mensen die wat mensenangst hebben of bij wie communicatie gevoelig ligt, is het een uitdaging hen te laten ervaren dat ze er mogen zijn.

2. Kies de juiste communicatiemiddelen

E-mail, sociale media en whatsapp maken het leven makkelijker. Met één druk op de knop is een berichtje verstuurd. Maar die snelle ecommunicatie heeft ook een valkuil. “Vaak wordt er gemaild over onderwerpen waarvoor email eigenlijk niet geschikt is”, weet Bakker.

E-mail en sociale media zijn niet voor alles het juiste medium. Persoonlijke onderwerpen vragen misschien om een telefoongesprek, of zelfs om een face-to-face-ontmoeting. Toch kun je wel degelijk gastvrij appen of mailen. Wat vrijwel altijd werkt: noem je gesprekspartner bij naam, vat samen en toon oprechte interesse.

3. Spiegelen

Het zich niet gehoord voelen, dat is de giftige angel van veel conflicten. Mensen reageren door hun volumeknop verder open te zetten en hun standpunt te herhalen. De andere partij reageert meestal hetzelfde, een dynamiek die bijna onvermijdelijk tot een patstelling leidt. Bakker heeft een handige tip om dat te voorkomen: “Als iemand met een massief standpunt komt, kun je ook reageren door dat te aanvaarden en zelfs een beetje te overaanvaarden. Je houdt iemand een spiegel voor, waarbij je intensiteit toevoegt aan zijn boodschap.”

Hoe werkt dat, spiegelen? Stel: jij hebt je laten vaccineren en je buurman is een fervent antivaxxer. Als hij je er over de schutting fijntjes op wijst dat je slecht geïnformeerd bent, zal je eerste reactie misschien zijn om hem om de oren te slaan met de nieuwsberichten die je wel degelijk hebt gelezen. Maar het gevolg is dat hij zich niet gehoord voelt en dat hij zich nog meer zal ingraven in zijn standpunt. Polarisatie in de maak.

Hoe zorg je dat je over een week nog altijd een kopje suiker kunt komen lenen? Een handige tactiek is om zijn mening te herhalen, maar in iets versterkte vorm terug te geven: “Dus je bedoelt dat mijn leven nu gevaar loopt?”, of: “Als ik het goed begrijp, zijn machthebbers en farmaceutische industrieën voor geen cent te vertrouwen?” Dat voorkomt dat je gesprekspartner de noodzaak voelt om zijn boodschap nog eens te brengen. De kans is groot dat hij zal zeggen: “Zo bedoel ik het nu ook weer niet, maar…”

Nuance

Spiegelen schept ruimte voor het tegengif van polarisering: nuance. Je kunt niet vechten tegen iemand die je probeert te begrijpen. Actief luisteren zal de polarisatie niet doen verdwijnen, maar giet in elk geval niet onnodig olie op het vuur. Misschien vind je zelfs een gemeenschappelijke grond op basis waarvan je elkaar kunt vinden, zelfs al lopen jullie standpunten nog zo ver uiteen.

Meer lezen?

De innerlijke vrede bewaren

Hoopvol stapt Marc het kantoor binnen om aan een nieuwe week te beginnen. Na dagenlang noodgedwongen te hebben thuisgewerkt, kijkt hij ernaar uit eindelijk weer eens iemand te zien. De eerste die zijn pad kruist, is de directeur. “Zo”, merkt deze cynisch op, “wat een wonder om te zien dat jij ook nog leeft”.

Onredelijkheid, onterechte kritiek, valse beschuldigingen. Hoe verleidelijk kan het zijn daar heftig op te reageren. Als iemand iets over je zegt dat niet klopt, wordt je immers onrecht aangedaan. Het is niet eerlijk. En hoewel kinderen die gepest worden soms te horen krijgen “woorden doen geen pijn”, is dat natuurlijk een dooddoener. Want woorden mogen dan niet fysiek pijn doen, kwetsen kunnen ze wel degelijk. Zo hard zelfs, dat je de impact ervan soms jaren later nog kunt voelen.

Het zwijgen van Jezus

Jezus ondergaat ook onrecht als hij voor de hogepriester wordt geleid. De leiders van het volk beweren dat hij gezegd heeft: “Ik zal deze tempel die door mensen is gemaakt, afbreken. En binnen drie dagen zal Ik een andere bouwen, die niet door mensen is gemaakt.” Eigenlijk zeggen ze daarmee: “Vervolg deze man maar, want het is een leugenaar en een praatjesmaker. Opscheppen kan hij als de beste, maar van zijn woorden komt niets terecht.”

Maar hun verhalen spreken elkaar tegen. De hogepriester, die er geen touw meer aan vast kan knopen, staat op en vraagt aan Jezus: “Waarom antwoord je niet op deze beschuldigingen?” Jezus blijft zwijgen. De menigte raakt intussen buiten zinnen. De ene beschuldiging klinkt nog buitenissiger dan de andere. Jezus zwijgt. Waarom komt hij niet voor zichzelf op? Waarom vertelt hij die onruststokers niet eens goed de waarheid? Niets houdt hem tegen. Voor iemand die over het water kan lopen en water in wijn kan veranderen, is het toch een kleine moeite zijn tegenstanders het zwijgen op te leggen?

Maar nee, Jezus zwijgt. Is de Mensenzoon die de sterren van de hemel predikte, nu plots met stomheid geslagen? Heeft hij geen woorden meer om zichzelf te verdedigen? Dat is wat het volk denkt, maar Jezus weet wel beter. Hij zou wel duizend woorden kunnen spreken, maar elk woord zou verspilde moeite zijn. In sommige situaties is alleen zwijgen het juiste antwoord.

Kracht in de stilte

We leven in een wereld van miljoenen woorden. We delen onze ervaringen op sociale media, surfen nieuwssites af, twitteren erop los, kijken naar praatprogramma’s waar deskundigen de degens kruisen over actuele onderwerpen. En we hebben meningen, zoveel meningen, waarmee we de stilte proberen te vullen en te ontwijken. Hoe gemakkelijk is het niet het zwijgen verleerd te raken.

Maar er is kracht in de stilte. “Hoe minder we reageren op onbeschofte, kritische en argumentatieve mensen, hoe vreedzamer ons leven zal worden”, stelt de Amerikaanse schrijfster Mandy Hale. Een diepe waarheid. Als we ons laten meeslepen in negatieve discussies, werpen we olie op het vuur. We staan toe dat het oplaait en onze innerlijke vrede verteert. Misschien reageren we onze spanningen zelfs weer af op anderen, waardoor onvrede de kans krijgt zich als een lopend vuurtje door de samenleving te verspreiden.

Krachtige daad

Jezus zwijgt. In plaats van zich te laten meeslepen in een negatief discours, kiest hij ervoor zijn innerlijke vrede te bewaren. Misschien bidt hij zelfs in stilte voor zijn aanklagers. Het lopende vuurtje dat zijn vijanden hadden willen ontketenen, loopt vast in de stilte.

Waarom worden zijn tegenstanders zo uitzinnig? Ze verlangen ernaar Jezus’ argumenten te kunnen ontkrachten, ze willen hem woorden ontlokken die ze tegen hem kunnen gebruiken. Maar Jezus gunt hen die overwinning niet.

Het gevolg is dat de woorden die zijn tegenstanders uiten, als een boemerang tot hen terugkeren. Met elke beschuldiging wordt hun innerlijke hartgesteldheid een stukje meer zichtbaar. “In de veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet”, waarschuwt koning Salomo, “maar wie zijn lippen bedwingt is verstandig”.

Zwijgen zegt soms meer dan duizend woorden.

Meer lezen?

  • Marcus 14, 58-61
  • Spreuken 10, 19

Moeilijke mensen, waarom zou je ze de andere wang toekeren?

Ze kunnen je het bloed onder de nagels vandaan halen: moeilijke mensen. “Heb je naaste lief als jezelf”, luidt het Tweede Gebod. Maar dat is soms makkelijker gezegd dan gedaan. Moeilijke mensen kunnen het je knap lastig maken. Hoe houd je zelfs tegenover bullebakken, muurbloempjes en weifelaars het hoofd koel?

De moeilijke mens: het kan je buurman zijn, een collega, een familielid of een lastige klant. Moeilijke mensen bezitten het twijfelachtige talent om je op de meest onmogelijke momenten te overvallen. Ze patenteren je tijd door monologen af te steken, overschreeuwen vergaderingen, laten je mailbox vollopen of spelen de rol van de verongelukte ziel. En dan hebben we het nog niet gehad over de opdringerige types die geen “nee” accepteren, en die de hele wereld ervan willen overtuigen dat hun visie de enige juiste is.

Luizen in de pels

Wat maakt moeilijke mensen moeilijk? Wat maakt dat onze hartslag stijgt wanneer ze in de buurt komen? Moeilijke mensen zijn luizen in de pels van het voorspelbare leven. Ze trekken je uit je comfortzone met gedrag dat je geduld op de proef stelt. Manipulatie, intimidatie, roddel, betekenisvol zwijgen tijdens vergaderingen, achterkamertjespolitiek: het is slechts een greep uit het brede palet waarvan ze zich bedienen. Tactieken die je innerlijke balans kunnen verstoren. Dat maakt negatieve emoties los, variërend van ergernis tot woede, onzekerheid of ontmoediging.

Heb je vijanden lief

Het lijkt dus een slimme zet om de wereld op te delen in moeilijke en makkelijke mensen, en vooral je tijd en energie te steken in de laatsten. Dat houdt het leven overzichtelijk en scheelt een hoop ergernis.

Maar dan komt Jezus in de Bergrede met een opmerkelijke boodschap:

“Tot jullie die naar mij luisteren zeg ik: heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten. Als iemand je op de wang slaat, bied hem dan ook de andere wang aan, en weiger iemand die je bovenkleed vraagt, ook je onderkleed niet.”

Lucas 6, 27-30

Uitnodigen tot geweld

“Iemand die je slaat de andere wang toekeren”, vraag je je nu misschien af, “is dat niet een beetje vreemd?” De ander uitnodigen tot geweld is immers in strijd met de menselijke natuur. Wat doen we als we worden aangevallen? We vechten, vluchten of verstijven. In geen geval nodigen we onze vijand uit er nog eens een lap op te geven. Toch zitten er twee belangrijke geheimenissen in de oproep van Jezus.

Olie op het vuur

Jezus daagt ons allereerst uit om niet met gelijke munt terug te betalen, of anders gezegd: om niet te gaan spiegelen. Geen eenvoudige opgave, want het kan verleidelijk zijn een vuistslag te beantwoorden met een vuistslag, en boosheid met nog meer boosheid. Maar daarmee werpen we olie op het vuur en krijgt de negativiteit de kans zich uit te breiden. Gevolg: nog meer negativiteit in de wereld. En dat is uiteraard niet wat we willen bereiken.

Ten tweede kan het toekeren van de andere wang tot inzicht leiden. Om te begrijpen hoe dat werkt, moeten we plaatsnemen in de schoenen van de aanvaller. Stel je voor dat je iemand slaat, en dat die persoon je de andere wang toekeert en zegt: “Toe, geef me er daar ook maar eentje”. Wat zou je reactie zijn? Waarschijnlijk zou je even van je a propos zijn; zo’n aanbod is immers wel het laatste wat je verwacht. De kans is groot dat je niet slaat, maar dat je plots de onredelijkheid van je eigen gedrag inziet.

Gids tot wereldvrede

Dit is de wijsheid van het toekeren van de andere wang: door de agressor even stil te zetten, wordt de spiraal van geweld doorbroken. En door vervolgens vrede tegenover het geweld te plaatsen, krijgt niet het geweld, maar de vrede de kans zich te verspreiden. Dat is waarom Mahatma Ghandi de Bergrede een “gids tot wereldvrede” noemde.

Niet geboren maar gemaakt

Belangrijk om in gedachten te houden, is dat moeilijke mensen dikwijls niet worden geboren maar gemaakt. Achter dat moeilijke gedrag schuilt niet zelden een gebutste ziel die gekwetst, eenzaam of onbegrepen door het leven gaat. Misschien hebben juist moeilijke mensen onze vriendelijkheid wel het hardst nodig. Bovendien kunnen we verrassend veel van ze leren. Moeilijke mensen dagen ons uit grenzen te stellen, geduldig te zijn, en soms houden ze ons een spiegel voor. Gedrag dat we als moeilijk ervaren, zegt namelijk veel over onszelf.

  • Waarom voelen we ons machteloos als iemand onze energie opslorpt? Is dat misschien omdat we ons laten overrompelen, in plaats van helder grenzen te stellen?
  • Waarom roept die joviale persoon irritatie op? Is dat misschien omdat we zelf zeer bedachtzaam zijn, en iets zouden kunnen leren van (het teveel aan) spontaniteit van de ander?
  • En die weifelaar, is die misschien op ons pad gekomen om ons te leren dat beslissingen tijd nodig hebben om te rijpen? Misschien schenkt juist hij ons een lesje in geduld.

Elkaar liefhebben

Moeilijke mensen, ze wandelen onder ons en maken deel uit van onze familie, onze werkvloer en onze gemeenschappelijke ruimten. We zullen ze een leven lang blijven tegenkomen. Sterker nog: grote kans dat ook wij er af en toe één zijn.

Dat is waarom Jezus ons uitdaagt de ander lief te hebben, ondanks al zijn of haar fouten, eigenaardigheden en typische trekjes. Dat is hoe ook hoe wijzelf ons ten diepste geliefd mogen weten.

Meer lezen?

  • Lucas 6
  • Leviticus 19, 18
  • Mattheüs 22, 37-39

Een les van Jezus over grenzen stellen

Grenzen stellen gaat over het bewaken van de balans tussen jezelf en de ander. Grenzen zijn een kwestie van ruimte geven en ruimte nemen. Dat klinkt eenvoudiger dan het is. Het stellen van grenzen gaat meestal niet vanzelf; het vergt bewustwording en oefening.

Een predikant getuigt: “In mijn beginjaren las ik over ‘het agogisch moment in het pastorale optreden’. Dat gaf mij het gevoel gesprekken te moeten sturen, maar dat past niet bij mij. Ik ben een vriendelijke man die goed kan luisteren. Gelukkig heb ik ontdekt dat er na een aantal gesprekken een relatie ontstaat waarbinnen mensen zich veilig voelen. Het is oké om vrijelijk mee te gaan in het verhaal van de ander”.

Een journaliste bekent: “Mensen zeggen altijd dat ik goed kan luisteren. Maar dat kan ook een valkuil zijn. Soms ga ik te ver mee in het verhaal van de ander, en dan merk ik achteraf dat het een slecht interview is geworden doordat ik me onvoldoende kritisch heb opgesteld”.

Extravert, introvert of ambivert

Hoe we omgaan met ruimte geven en ruimte nemen, zegt veel over onszelf. Scoor je hoog op het persoonlijkheidskenmerk extraversie, dan zul je verbaal gemakkelijker ruimte innemen dan iemand die introvert is aangelegd. Introverten zijn veeleer geneigd tot luisteren en overdenken. Ze hebben een rijke binnenwereld en krijgen energie van het alleen zijn, terwijl een extravert vooral energie put uit de interactie met anderen.

Zelf reken ik mij tot de ambiverten. Voor een ambivert draait alles om de wisselwerking van stiltemomenten en het vruchtbare samenspel met anderen. Tot welke drie van de typen je je ook rekent, het sleutelwoord is balans.

Grenzen en Jezus

Worstel je weleens met grenzen? Dan ben je in goed gezelschap. Ook Jezus stond tijdens zijn Aardse bestaan geregeld voor de uitdaging de balans te bewaken tussen zichzelf en de ander. Een voorbeeld vinden we in het Lucasevangelie. Nadat Jezus de nacht heeft doorgebracht bij de apostel Simon, zoekt hij vroeg in de ochtend een eenzame plaats op. Hij is omringd geweest door mensen en verlangt naar een moment van bezinning. Maar dat is buiten de menigte gerekend. Grote groepen mensen volgen hem, en ze proberen hem over te halen om terug te keren. Jezus zegt:

“Ik moet ook in andere steden het goede nieuws over het Koninkrijk van God vertellen. Want daarvoor ben Ik gestuurd.”

Lucas 4, 42-44

In plaats van zich door de doelen van anderen te laten bepalen, herinnert Jezus de mensen aan zijn doelen. Hij laat zich niet overweldigen, maar doet wat hij moet doen: zijn missie voortzetten langs de synagogen van Galilea.

Gesprekken sturen

Even terug naar de predikant die zich onprettig voelde bij de gedachte een gesprek te moeten sturen. Waarom zei alles in hem “nee”? Dat was omdat sturen niet strookte met het zijn eigen pastorale doel: anderen een plek geven door te luisteren. Voor de journaliste gold iets anders. Scherpe interviews hebben een andere insteek dan een pastoraal of therapeutisch gesprek. Een journalistiek doel vereist soms wel degelijk sturen.

Grenzen stellen vereist oefening. Het vinden van de balans tussen jezelf en de ander, is een evenwichtsoefening die je eigenlijk alleen met vallen en opstaan kunt leren. Wat helpt, is om voorafgaand aan een gesprek of ontmoeting je doelen op een rijtje te zetten. Stel jezelf eens de volgende vragen:

  • Wat wil ik aan het einde van deze dag hebben bereikt?
  • Hoe wil ik vandaag mijn tijd indelen?
  • Wat is mijn mening over dit onderwerp?
  • Wat wil ik absoluut te weten komen, welke informatie is belangrijk?
  • Wat kan ik bijdragen?
  • Past dit wel bij mijn persoonlijke waarden, doelen of overtuigingen?
  • Hoe geef ik vriendelijk en toch duidelijk mijn grenzen aan?

Door jezelf richtinggevende vragen te stellen, zet je voor jezelf alvast een kader uit. Zo’n kader kan helpen om je niet te laten overweldigen, maar om elke nieuwe ervaring vol vertrouwen tegemoet te treden. Je hebt immers houvast, je weet wat je doelen zijn.

Altijd voorbereid

De kracht van Jezus was dat hij altijd was voorbereid. In plaats van zich te laten leiden door de omstandigheden of door de agenda’s van mensen, was hij zich bewust van zijn missie. De innerlijke zekerheid die dat geeft, maakt ook dat hij ontspannen kon reageren op mensen die probeerden zijn grenzen te overschrijden. Jezus kende zijn doelen, en daarom volstond het anderen daaraan te herinneren.

De kunst van het kritiek ontvangen

Kritiek kan je onzeker maken en ertoe leiden dat je aan jezelf gaat twijfelen. Een scherpe opmerking kan aanvoelen als een persoonlijke aanval. Wat maakt kritiek ontvangen toch zo lastig? Het zijn vooral de stresshormonen die vrijkomen in ons lichaam die maken dat we soms te heftig reageren.

Zelf werd ik mij hier op een zondag van bewust. Na afloop van een kerkdienst stond ik als predikant bij de deur om de gasten te begroeten. Er kwam een vrouw naar me toe. “De preek was goed”, zei ze, “maar de organist was veel te prominent aanwezig. Dat deed af aan jouw preek. Nu was het evenwicht in de liturgie volledig zoek.”

Flinke klap

Op slag voelde ik mijn lichaam verstijven. Koortsachtig zocht mijn brein naar een manier om de binnenkomende informatie te ordenen. Wat was er niet goed geweest? Was het de lengte van de psalmen, waren het de instrumentale stukken, of was het de toegift van de organist aan het eind? Ongetwijfeld dat laatste.

“Wat vervelend dat u de dienst niet als positief hebt ervaren”, zei ik. En ik vertelde haar dat de organist die het al maandenlang zonder publiek had moeten stellen, graag een toegift had willen geven. “Dat had jij niet moeten toestaan”, vond de vrouw. Toen ze verdween, voelde ik me even alsof ik een klap in mijn gezicht had gekregen. En een flinke ook.

De tweede persoon die een babbeltje kwam maken, was een oudere dame. Ze straalde. “Ik was zó bemoedigd door die prachtige orgelmuziek!”, riep ze uit. “Al zoveel maanden heb ik geen concert meer kunnen bezoeken. En dit kreeg ik zomaar cadeau!” Ze was nog niet uitgesproken of twee andere mensen voegden zich bij het gezelschap, vol lof over de preek én over de getalenteerde organist.

Drie mogelijke stressreacties

Hoe meer we ons hart en ziel in een taak hebben gelegd, hoe groter de kans dat kritiek stress oproept. Er komen dan stresshormonen vrij in ons lichaam. Psychologen onderscheiden drie verschillende soorten stressreacties:

  • Vechten. Je hartslag stijgt, je bloed trekt naar je slapen en je maakt je klaar voor een tegenaanval. “Dat pik ik niet, ik zal hem wel eens vertellen wat ik ervan denk!”, is een typische vechtreactie.
  • Vluchten. “Hoe kom ik hier zo snel mogelijk weg?” Dat is de eerste impuls bij een vluchtreactie. Het verlaten van een vergadering, het verduisteren van bewijs, het bedenken van uitvluchten of anderen de schuld geven: het zijn stuk voor stuk vluchtreacties.
  • Verstijven. Mensen die verstijven, klappen dicht. Deze stressreactie wordt ook wel “bevriezen” genoemd. Je bent zodanig uit het lood geslagen dat je aan de grond genageld staat.

Verpakkingsmateriaal

Hoe verklaarbaar zulke reacties ook zijn, in de heat of the moment zien we gemakkelijk iets belangrijks over het hoofd. Namelijk om na te gaan of de kritiek wel waar is. Wat maakt dat we kritiek soms zo gemakkelijk voor lief nemen? Enerzijds heeft dat te maken met onze eigen onzekerheid, anderzijds met de vorm waarin de kritiek is gegoten. Sommige critici beheersen de kunst om hun boodschap te verpakken in uitermate overtuigend verpakkingsmateriaal.

  • Lichaamstaal. De criticus bedient zich van een zelfverzekerde houding, gerechte rug, stapt met kordate passen op je af.
  • Mimiek. Zijn of haar uitstraling is krachtig, zonder een zweem van twijfel of onzekerheid.
  • Woordkeus. Een herkenbare mening klinkt als volgt: “Ik vind dat geen goed plan; ik denk dat je dat anders moet zien; die outfit is niet mijn smaak“. Maar – en dit is tricky – veel meningen gaan vermomd als feit: “Dat plan is waardeloos”, “dat moet je anders zien”, “die outfit trekt op niets”.
  • Positie, leeftijd en ervaring. De egalitaire maatschappij ten spijt; de mening van de baas wordt nog altijd hoger aangeslagen dan die van de stagiair.

Kritiek verifëren

Overtuigingskracht kan ertoe bijdragen dat we de criticus al te gemakkelijk gelijk geven. Maar dat is niet altijd terecht. Kritische mensen zijn er uiteraard van overtuigd dat hun zienswijze de enige juiste is, maar ze vergeten weleens dat iedereen die werkelijkheid anders ervaart. Het is dus belangrijk dat critici alleen gelijk krijgen als ze dat daadwerkelijk hebben.

Krijg je ongezouten kritiek te verwerken? Stap één is je criticus vriendelijk te bedanken voor de feedback. Maar dan komt stap nummer twee: de informatie verifiëren. Klopt de kritiek wel met de feiten? Wordt het geuite bezwaar ook door anderen zo ervaren? En wat zegt de kritiek over de gever ervan? Drie belangrijke vragen om bij stil te staan.

“Onderzoekt alle dingen, behoud het goede”

1 Thessalonicenzen 5, 21

Hoe lastig het ook kan zijn om kritiek te krijgen, als je gefundeerde kritiek ter harte neemt kan het uiteindelijk een cadeautje zijn. Het is een uitgelezen kans om te leren, te groeien en jezelf te verbeteren. De kritische vrouw gaf mij die zondag een waardevolle les mee , maar die ging niet over de samenstelling van de liturgie.

Net als preken en orgel spelen, is ook kritiek ontvangen een kunst die je kunt leren.

De kracht van woorden

Hoewel ik niet ben opgegroeid met de Bijbel, was er in huis een boek dat die rol bekleedde. Mijn moeder putte inspiratie uit De kracht in jezelf van dr. Joseph Murphy, een bestseller die in 1981 verscheen en in vele talen werd vertaald.

Al onze woorden en gedachten hebben kracht, stelt Murphy. Elke gedachte is feitelijk een zaadje. Geven we dat water, dan ontkiemt het tot woorden en daden. Zelfs de meest grootste bouwwerken zijn ooit begonnen als een gedachte.

Niet alleen Murphy, maar ook de Bijbel benadrukt de scheppende kracht van woorden. In het boek Genesis spreekt God: “Er is licht!”, en er is licht. In het Nieuwe Testament lezen we dan weer hoe Jezus blinden ziende maakt, zieken geneest, doden tot leven wekt. Wonderen die stuk voor stuk beginnen bij het uitspreken van woorden.

Krachtig wapen

Een Amerikaanse evangelist nam eens het vliegtuig naar New Delhi. Hij kreeg een stoel naast een man met een tulband. In de overtuiging dat de ziel van de Indiër moest worden gered, begon de evangelist gedreven het Evangelie te vertellen. De man luisterde stilzwijgend en zei toen: “Alles wat je me hebt verteld, is waar. De Bijbel bevat diepe spirituele waarheden. Maar mag ik je nog iets meegeven? Jullie christenen zijn je onvoldoende bewust van de kracht van woorden. God heeft jullie een krachtig wapen gegeven, waarmee je grote veranderingen zou kunnen ontketenen. Maar jullie laten het jammerlijk onbenut”.

Woorden hebben de macht over leven en dood. Wie zijn tong koestert, plukt daarvan de vruchten.

Koning Salomo (Spreuken 18, 20-21)

Pesterijen

In december 2012 maakte de 15-jarige Fleur Bloemen uit Staphorst onder toeziend oog van haar klasgenoten een einde aan haar leven. Ze kon de pesterijen niet meer aan. Dag in dag uit had ze negatieve woorden over zich heen gekregen. Bij elk woord stierf ze een beetje meer, totdat haar innerlijke licht geheel en al was uitgedoofd.

Wat als haar klasgenoten Fleur hadden overladen met positieve woorden? Wat als de mensen in haar omgeving haar hadden verteld hoe mooi, waardevol en uniek ze was? Grote kans dat ze nu zou zijn uitgegroeid tot een prachtige jonge vrouw.

Positiviteit verspreiden

De tong is een krachtig wapen. We kunnen er zowel mee vervloeken, verwoesten en afbreken als opbouwen, zegenen en scheppen. Toch wordt ze vaak achteloos gebruikt, omdat we ons nauwelijks bewust zijn van de impact van onze woorden.

Wat als we onze woorden nu eens collectief zouden inzetten om positiviteit te verspreiden? Om vrede te brengen, op te bouwen en constructieve ideeën te ontwikkelen? Hoe anders zou de wereld eruit zien. Klinkt dat te mooi om waar te zijn? Toegegeven: het vergt wat oefening, maar de apostel Paulus daagt ons uit om het in ieder geval te proberen.

Broeders en zusters, richt je gedachten op alles wat waar, eerlijk, heilig, vriendelijk, mooi en goed is. Doe alles wat jullie van mij geleerd, gezien en gehoord hebben. Dan zal de God van vrede met jullie zijn.

Paulus in zijn brief aan de Filippenzen (4, 8-9)

Wil je een positieve impact hebben op deze wereld, dan hoef je niet direct grootse daden te verrichten. Verandering begint dikwijls bij een klein zaadje. De evangelist in het vliegtuig was zodanig gericht op praten en overtuigen, dat hij nauwelijks de tijd nam om te luisteren en zich bewust te worden van zijn gedachten. De man met de tulband leerde hem die dag een wijze les.

Challenge

Richt je gedachten vandaag eens op alles wat waar, eerlijk, heilig, mooi, goed en vriendelijk is. Als je die zaadjes vervolgens water (woorden) geeft, kunnen ze uitgroeien tot een levensboom voor al wie ze hoort.