Met het zand onder onze blote voeten liepen we over het Texelse strand. De strakblauwe hemel werd doorkruist door de witte vleugels van zeemeeuwen. Mijn tenen ontweken de schelpjes – ze heten niet voor niets scheermesjes, zei Joost – en kwamen in aanraking met het water. Het was zo’n dag zoals je die normaal alleen in films ziet. Omdat ik me volmaakt gelukkig voelde, dankte ik God in het diepst van mijn gedachten.
“Met heel mijn hart wil ik U verheerlijken”, zei ik. En toen gebeurde er iets wat ik niet had verwacht. Een zachte stem in mijn hoofd antwoordde: “Maar Ik wil ook jou verheerlijken”. Het was alsof de zinderende zomerzon op het strand explodeerde en uiteenbarstte in tienduizenden goudkorrels. En helderder dan de hemel boven me, begon mij iets te dagen.
Geen eenrichtingsverkeer
Waarom wil God door ons aanbeden worden? Heeft een volmaakte God onze offers wel nodig; is Hij uit op zijn eigen eer en glorie? Die vragen hielden me lange tijd bezig. Maar die dag, op het strand van Texel, besefte ik plots dat God niet zonder meer door ons aanbeden wil worden. Wat Hij werkelijk zoekt, is ware aanbidding.
“Maar de tijd komt nu en is nu, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en in waarheid, want de Vader zoekt wie Hem zo aanbidden. God is geest, en wie hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en in waarheid.”
Johannes 4, 23-24
Ware aanbidding is allerminst een synoniem voor eenrichtingsverkeer. Het is veel meer dan een god verheerlijken die zich verborgen houdt; die zich niet om de mens bekommert, maar volmaakt gelukkig is in zijn eigen paradijs. Een afstandelijke kosmische heerser die zich pas laat gelden als hemel en hel in zicht komen.
Liefdesbrief
Terwijl ik met mijn voeten door een stroompje van zeewater waadde, begon het antwoord op mijn vragen me plots te dagen.
Als wij God met onze woorden en daden verheerlijken, scheppen we ruimte in ons hart en in ons leven waar Hij met zijn Geest kan wonen. Onze aanbidding is een uitnodiging. Een liefdesbrief met de geur van wierook, die opstijgt naar de hemel. En als de Eeuwige zich gewaar wordt van een hart dat zich volkomen naar Hem uitstrekt, nadert Hij tot de mens om daarin te wonen.
Dan tilt Hij ons op, neemt ons in Zijn armen en doet ons uitstijgen boven de omstandigheden. Ja, de Eeuwige tilt ons zelfs uit boven wie wij zelf zijn. Boven onze natuurlijke beperkingen, boven onze kleingeestigheid, boven onze twijfels en angsten. Hij neemt ons mee in een dans en geeft ons de kracht om onze beperkte menselijkheid te ontstijgen. Om elke dag een beetje meer op Hem te gaan lijken. Steeds meer smelten onze harten samen, steeds meer worden we Eén. En zo, op die manier, verheerlijkt God ook ons.
Dat is de (ca)dans die begint met ware aanbidding.

Pingback: Heer, leer ons bidden #1 Onze Vader – die in de hemel zijt – Belgische Broeders In Christus