Vrede vergt de moed om tegendraads te zijn

Afgelopen woensdag was het de Internationale Dag van de Vrede. En elke vrijdag wensen joodse mensen elkaar shabbat shalom. Vrede, de wereld heeft er de mond van vol. Maar juist nu lijkt de vrede verder weg dan ooit. “Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden”, stelt Jezus in de Bergrede. Maar wat doe je als vrede ver te zoeken is? Alleen maar bidden, zegenen wie je vervolgen? Soms vergt vrede de moed om écht tegendraads te zijn.

Nog niet zo lang geleden hield Usula von der Leyen haar State of the Union-toespraak. Ze verscheen van top tot teen in geel-blauw, geflankeerd door dito Europese vlag. “Vandaag heeft moed een naam, en die naam is Oekraïne”, stelde Von der Leyen. Krachtige retoriek, maar vergat de EU-voorzitter niet iets? Moed kan ook een Russische naam dragen. Want niet alleen Oekraïners, maar ook Russen zijn slachtoffers van een uitzichtloze strijd.

Ursula von der Leyen (c) Al Arabiya

Schijnsolidariteit

De afgelopen week maakte Vladimir Poetin bekend een leger van 300.000 mensen te willen mobiliseren. “Als je opgeroepen wordt, is het vluchten of sterven”, zei een Russische jongen in de krant. Tot de ongelukkigen die zo’n oproep kregen, behoorden een 26-jarige jongeman die met een promotieonderzoek bezig was en een 63-jarige man met diabetes. Mensen die gewoon hun dagelijkse levens leidden, totdat ze werden gedwongen om hun leven te wagen in een nodeloze strijd. Wat is de naam van moed? Het zijn de namen van miljoenen mensen wereldwijd, die zich met gevaar voor eigen leven inzetten voor de vrijheid van meningsuiting. Meisjes, jongens, mannen en vrouwen die durven op te staan tegen een ontmenselijkend regime.

Von der Leyen riep ogenschijnlijk op tot solidariteit. Maar solidariteit neemt soms de vorm aan van kiezen of delen. Wie niet voor ons is, is tegen ons; wij tegen zij. Zulke schijnsolidariteit kan ontaarden in vijandsbeelden. Laten we nooit vergeten dat een oorlog alleen verliezers kent. Meedogenloze dictators hebben de neiging om alles en iedereen mee te sleuren in hun val.

Hippie met lange haren

Oorlogsdreigingen kunnen je als christen in een lastig parket brengen. De werkelijkheid staat zo vaak haaks op wat wij geloven. “Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden”, stelt Jezus in de Bergrede (Mattheüs 5:9). Maar wat doe je als vrede ver te zoeken is? Je vijand de andere wang toekeren? Op je knieën gaan, zegenen wie je vervolgen? Dat klinkt vroom, maar probeer het maar eens uit als een vijandig leger je op de hielen zit.

Soms wordt Jezus voorgesteld als een hippie met lange haren die niet helemaal van deze wereld was. Een idealist op sandalen, een beetje soft. Peace man. Hij preekte absoluut een boodschap van liefde en vergeving. Maar in het Lucasevangelie laat Hij zich ook van een andere kant zien.

“Meent niet, dat Ik gekomen ben om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.”

Jezus in Mattheüs 10:34-39; Lucas 12:52-53

Dan kun je je afvragen: wat is hier aan de hand? Roept Jezus plots op tot geweld, tot een soort christelijke jihad? Tot polarisatie? Dat is de reden dat veel mensen die tekst liever links laten liggen, en zich focussen op Bijbelverhalen die wat prettiger zijn voor onze gemoedsrust.

20th Century Fox

Geen feel good religion

Toch zijn Jezus’ woorden juist zo interessant omdat ze zo realistisch zijn. Ze maken komaf met het al te romantische beeld van Jezus als een softe hippie. Hier lezen we een hartgrondige waarschuwing: “Wéét wat je te wachten staat, dit is de realiteit!” De aard van de godsdienst die Jezus brengt, is zuiver, vredelievend en liefdevol; maar dat maakt ook dat die boodschap een tegendraads randje heeft. Het wandelen in de voetsporen van Jezus is geen feel good-religion. Het evangelie is ook confronterend. Het snijdt en het schuurt. De zuiverheid die Jezus voorstaat is zo vaak strijdig met de trots, de machtswellust en expansiedrift van mensen.

Meent niet dat Ik gekomen ben om vrede te brengen maar het zwaard. Als alles lange tijd goed gegaan is, worden we misschien een beetje gezapig. We beginnen te denken dat de status quo voor altijd zal duren. Dat wij mensen alles onder controle hebben. Dat we met onze ratio de werkelijkheid kunnen verklaren, dat vooruitgang het codewoord is dat de wereld zal gaan verbeteren, ja, misschien zelfs dat we God niet langer nodig hebben.

Christenvervolging

Meent niet dat Ik gekomen ben om vrede te brengen maar het zwaard. Wat moet je vandaag nog met zo’n boodschap? Wie leeft er graag in onmin met zijn familie? Wie wordt er graag verworpen of vervolgd? Maar waar naar de kerk gaan vroeger de norm was, behoor je als gelovige in Noordwest-Europa nu tot een minderheid. De tijd is gekomen dat ook wij, als we zeggen in God te geloven, iets uit te leggen hebben. “Andersheid” roept soms heftige reacties op.

Meent niet, dat Ik gekomen ben om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.”

Die ongemakkelijke woorden van Jezus zijn voor miljoenen christenen wereldwijd de dagelijkse realiteit. Soms letterlijk. In Afghanistan bijvoorbeeld, waar duizenden christenen executie vrezen onder het regime van de Taliban. Dit jaar voert dat land voor het eerst de Ranglijst Christenvervolging 2022 aan. Nummer twee is het Noord-Korea van Kim Jong-un, die geen “andere goden” naast zich duldt, laat staan boven zich. Daarna volgen Somalië, Libië en Jemen. In al die landen betalen christenen een hoge prijs voor hun geloof.

Open Doors

Zingevingscrisis

Die ongemakkelijke realiteit roept een vraag op. Wat hebben wij vandaag, in het comfortabele westen, over voor ons geloof? Welke prijs zijn we bereid te betalen? Of bewaren we ons geloof liever voor achter de voordeur, om buiten toch maar zo normaal mogelijk te lijken? Maar als we een geheim maken van ons geloof, dan zullen we de wereld nooit de kracht en de sprankeling kunnen tonen van wat ons beweegt. Psychiaters als Dirk De Wachter en Jim Van Os luiden de noodklok over de zingevingscrisis waaronder veel mensen vandaag gebukt gaan. Dat terwijl wij een boodschap van hoop te bieden hebben!

Jezus is in het Lucasevangelie dan ook niet mild voor de menigte.

“Huichelaars, het uiterlijke aanzien van de aarde en de lucht weten jullie te onderzoeken, maar hoe komt het dat jullie deze speciale tijd niet weten te onderzoeken?”

Lucas 12:5-59

De materiële wereld duiden is voor deze mensen geen enkel probleem. Maar de geestelijke tekenen, daar gaan ze aan voorbij. Vandaag zouden we misschien zeggen dat sommige mensen nu eenmaal geen religie-gen hebben, of te slim zijn om in spirituele zaken te geloven. Maar nee, Jezus is onverbiddelijk. Huichelaars! Ook de profeet Jeremia is niet bepaald mild voor de valse profeten. Blijkbaar gaan die mensen moedwillig hun eigen weg, terwijl ze beter hadden kunnen weten.

Ontkenning

“Wie zou zich voor Mij kunnen verbergen? Vervul Ik niet hemel en aarde?” klinken de woorden in Jeremia. Voor wie graag verstoppertje met God speelt, zijn die woorden onheilspellend. Een tegendraads verhaal dat maar al te vaak strijdig is met de dromen waar we graag zelf zo in geloven. En wie van ons speelt er niet graag eens verstoppertje met God? Een student zei laatst tegen me: “Ik kan me toch vlak voor mijn dood nog bekeren? Dan kan ik eerst het leven leiden dat ik graag wil.”

Maar stel nu dat juist het leven met God het goede leven is? Waarom zou je dan het mooiste uitstellen tot morgen als je het nu al kunt krijgen? Dan blijkt misschien pas als je aan het einde van je levensverhaal bent, dat je de meest kostbare episodes hebt gemist.

Innerlijke vrede

In de brief van Paulus aan de Filippenzen lezen we:

“Weest in geen ding bezorgd, maar laten bij alles uw wensen door gebed en smeking met dankzegging bekend worden bij God. En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw gedachten en uw harten behoeden in Christus Jezus.”

Filippenzen 4:6-7

Midden in een wereld die in oorlogsgedruis verkeert, waarin alles schudt en schommelt, oude zekerheden op de helling gaan, belooft God ons vrede. Nu vraag je je misschien af: hoe verhoudt die belofte zich tot de uitspraak van Jezus over het zwaard? Dat lijkt een tegenstelling, maar die is slechts schijn.

Jezus waarschuwt dat er, zolang we in deze wereld leven, geen vrede zal zijn. Dat is de realiteit waar we elke dag opnieuw mee geconfronteerd worden. Maar Paulus belooft ons een ander soort vrede. Een diepe innerlijke vrede die alle verstand te boven gaat; die niet kapot te krijgen is, zelfs niet in oorlogstijd.

Tegendraads

Zalig de vredestichters. We zijn geroepen om die innerlijke vrede ook naar de wereld uit te stralen. Maar hoe doe je dat? Daarover had ik onlangs een briefwisseling met een huisarts uit Roeselare naar aanleiding van mijn editoriaal in Tertio. We kwamen tot de conclusie dat christelijke vrede niet alleen ligt in lieve woorden spreken, vergeven en bidden. Dat is te passief. En christenen hoeven geen brave seuten te zijn, want dat was Jezus ook bepaald niet.

Juist in een wereld vol oorlogsretoriek en vijandbeelden zijn we geroepen om tegendraads te zijn. De liefde van Christus, die Zichzelf aan het kruis volkomen voor ons overgaf, inspireert ons om alle oorlogsslachtoffers wereldwijd de hand te reiken. Om in zowel de Russische als de Oekraïense jongeren die van hun toekomst worden beroofd, onze zonen en dochters te zien. Om alle ouders die hun kinderen verliezen in een nodeloze strijd, als onze medemens te omarmen.

Onrechtvaardige dictators gedijen op vijandsbeelden en polarisering. Wie daaraan toegeeft, werpt olie op het vuur. Maar radicale naastenliefde en medemenselijkheid zijn een krachtig wapen dat hun draagvlak verzwakt. Daar waar de medemenselijkheid bloeit, verliezen de zaden van haat grond om te ontkiemen.

“Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden.”

Mattheüs 5:9

Durven wij het aan om vredestichters te zijn? Als vredestichter ben je weliswaar in de minderheid, maar je staat nooit alleen. De Eeuwige God, die het volledige universum omvat en bezielt, zal met ons zijn. Hij ziet ons echt, zoals wij ten diepste zijn. Voorbij de schilden die we proberen op te houden. Die God wil onze vrede zijn. Een vuur dat hoop brengt, zelfs al is de wereld om ons heen nog zo duister en grimmig.

God wil het koren op de akker van ons leven zijn, dat alles vruchtbaar maakt, dat zich vermeerdert en verspreidt met de wind. Hij wil de hamer zijn in onze handen die de rots vermorzelt; onze kracht die ons in staat stelt om zelfs de hardste en schijnbaar onmogelijke situaties te overwinnen. Wie de Eeuwige God aan zijn zijde heeft, hoeft niet bezorgd te zijn. Omgord door gerechtigheid staan we sterk in de strijd.

Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden.

Dit is de tekst van de preek van 25 september 2022 in de Verenigde protestantse kerk Leuven.

Foto door M Venter op Pexels.com

Wees de verandering

De regen trotserend haastte ik me door Antwerpen. Gedachteloos wandelde ik door een metrostation, toen mijn aandacht werd getrokken door een poster aan de muur. “Be the change you want in this world.” Witte letters tegen een zwarte achtergrond. Ik herkende ze onmiddellijk als een uitspraak van Mahatma Ghandi. De Indiase politicus roept op om zelf de verandering te zijn die je in de wereld wilt zien.

De quote bleef me bij, ook tijdens het doorworstelen van mijn lijvige stapel boeken over misdaden tegen de mensheid. Elke dag ontmoet ik realisten. Mensen die zeggen: “Slaap maar lekker verder, vrede is een onrealistische droom”. Ongelijk geven kan ik ze niet. We leven in een wereld die wordt verscheurd door vijandigheden. Na twee bloedige wereldoorlogen is de vrede opnieuw ver te zoeken. Een greep uit het nieuws:

  • Tererroristische groeperingen in Afrika;
  • Massaslachtingen in Tigray;
  • Vervolgde Oeigoeren en Kazachen in China;
  • Vluchtelingen die zich verzamelen aan de grenzen van Europa;
  • Spanningen tussen Israëli’s en Palestijnen;
  • Opstanden en rellen overal in Europa.

Dit is exact de wereld die Jezus voorspelde toen Hij zei: “Want het ene volk zal opstaan tegen het andere, en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk; en er zullen hongersnoden zijn en besmettelijke ziekten en aardbeving in verschillende plaatsen (Mattheüs 24, 7).”

Vrede als opdracht

De wereld lijkt in een kookpot te zitten die op het punt staat te overstromen en zijn inhoud prijs te geven aan de vlammen. Regeringen sturen afgezanten in een poging oorlogen te voorkomen, maar ze bereiken hooguit een adempauze die partijen de ruimte geeft zich op te maken voor de volgende strijd. De wortels van vijandschap gaan diep; eeuwenoude etnische conflicten laaien telkens weer op. In een wereld van verdeeldheden en conflict heeft vrede alle schijn tegen. Vrede is in tegenspraak met de geschiedenis, heeft de slechtste papieren, kortom: lijkt weinig zinnig om in te geloven.

Maar dat vrede geen realiteit is, neemt niet weg dat het wel degelijk een opdracht is. Mahatma Ghandi was geen christen, maar de Bergrede was een van zijn favoriete Bijbelboeken. Hij was ervan overtuigd dat Jezus daarin een revolutionaire boodschap bracht. Volkomen haaks op de realiteit, maar niettemin een praktische gids tot wereldvrede.

“Zalig de vredesrichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden.”

Jezus, Mattheüs 5, 9

Als vrede werkelijk de weg is om tot Gods hart te naderen, zou het dan geen gemiste kans zijn die oproep te negeren?

Wat ons tegenhoudt, is dat we vaak geneigd zijn vrede te zien als iets groots. Als iets dat op wereldniveau moet worden beslist, of minstens door Amerika of door de Europese Unie. In dat geval wordt vrede inderdaad behoorlijk onrealistisch. De machthebbers van deze wereld hebbers hebben immers andere belangen. De dag dat ze hun wapens zullen omsmeden tot ploegijzers, zoals Jesaja profeteert, lijkt een verre droom. Maar dat neemt niet weg dat we wel degelijk gehoor kunnen geven aan de oproep een vredestichter te zijn.

Foto door Pixabay op Pexels.com

Klein steentje

Vrede stichten begint niet bij machthebbers of bij wat anderen doen. Vrede stichten begint bij onszelf. Bij het besef dat de realiteit is opgebouwd uit vele grote en kleine beslissingen die mensen dagelijks nemen. En dat we binnen die grote realiteit allemaal een stukje verantwoordelijkheid hebben gekregen. Zelfs al is dat maar een steentje.

Ook wij kunnen in die complexe wereld ons steentje bijdragen. Dat begint soms al heel klein. Bij de weigering mee te gaan in wij-zijdenken, bij de beslissing open te staan voor de ander, om geweld niet te beantwoorden met geweld, maar radicaal te kiezen voor verbinding en vrede. Elke dag opnieuw. In al die kleine stapjes die we zetten.

Positieve vibes

Hoe meer mensen op hun eigen niveau vrede stichten, hoe meer het draagvlak voor polarisatie en geweld in de samenleving zal afnemen. In plaats van negatieve sentimenten te voeden, sturen we positieve en verbindende vibes de wereld in.

Jij bent het zout der aarde; maar als het zout zijn smaak verloren heeft, waarmee zal het gezouten worden? Het deugt nergens meer voor dan om weggeworpen en door de mensen vertrapt te worden.

Jij bent het licht van de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen zijn. En ook steekt men geen lamp aan en zet die onder de korenmaat, maar op de standaard, en hij schijnt voor allen die in het huis zijn.

Laat je licht zo schijnen voor de mensen, dat zij jouw goede werken zien en je Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.

Mattheüs 5, 13-16

De werkelijkheid is opgebouwd uit vele steentjes. Het effect van elk steentje lijkt verwaarloosbaar, maar één steentje kan een lawine in werking zetten of een stil water doen rimpelen.

Welk steentje voegen jij en ik vandaag toe? Kiezen we ervoor een realist te zijn, of de realiteit te transformeren? Strijden we tegen elkaar of voor elkaar? Sluiten we onze ogen voor de werkelijkheid, of openen we ze voor een nieuwe werkelijkheid die het waard is om in te geloven?

Durf de verandering te zijn die je wenst in deze wereld.

Meer lezen?

De innerlijke vrede bewaren

Hoopvol stapt Marc het kantoor binnen om aan een nieuwe week te beginnen. Na dagenlang noodgedwongen te hebben thuisgewerkt, kijkt hij ernaar uit eindelijk weer eens iemand te zien. De eerste die zijn pad kruist, is de directeur. “Zo”, merkt deze cynisch op, “wat een wonder om te zien dat jij ook nog leeft”.

Onredelijkheid, onterechte kritiek, valse beschuldigingen. Hoe verleidelijk kan het zijn daar heftig op te reageren. Als iemand iets over je zegt dat niet klopt, wordt je immers onrecht aangedaan. Het is niet eerlijk. En hoewel kinderen die gepest worden soms te horen krijgen “woorden doen geen pijn”, is dat natuurlijk een dooddoener. Want woorden mogen dan niet fysiek pijn doen, kwetsen kunnen ze wel degelijk. Zo hard zelfs, dat je de impact ervan soms jaren later nog kunt voelen.

Het zwijgen van Jezus

Jezus ondergaat ook onrecht als hij voor de hogepriester wordt geleid. De leiders van het volk beweren dat hij gezegd heeft: “Ik zal deze tempel die door mensen is gemaakt, afbreken. En binnen drie dagen zal Ik een andere bouwen, die niet door mensen is gemaakt.” Eigenlijk zeggen ze daarmee: “Vervolg deze man maar, want het is een leugenaar en een praatjesmaker. Opscheppen kan hij als de beste, maar van zijn woorden komt niets terecht.”

Maar hun verhalen spreken elkaar tegen. De hogepriester, die er geen touw meer aan vast kan knopen, staat op en vraagt aan Jezus: “Waarom antwoord je niet op deze beschuldigingen?” Jezus blijft zwijgen. De menigte raakt intussen buiten zinnen. De ene beschuldiging klinkt nog buitenissiger dan de andere. Jezus zwijgt. Waarom komt hij niet voor zichzelf op? Waarom vertelt hij die onruststokers niet eens goed de waarheid? Niets houdt hem tegen. Voor iemand die over het water kan lopen en water in wijn kan veranderen, is het toch een kleine moeite zijn tegenstanders het zwijgen op te leggen?

Maar nee, Jezus zwijgt. Is de Mensenzoon die de sterren van de hemel predikte, nu plots met stomheid geslagen? Heeft hij geen woorden meer om zichzelf te verdedigen? Dat is wat het volk denkt, maar Jezus weet wel beter. Hij zou wel duizend woorden kunnen spreken, maar elk woord zou verspilde moeite zijn. In sommige situaties is alleen zwijgen het juiste antwoord.

Kracht in de stilte

We leven in een wereld van miljoenen woorden. We delen onze ervaringen op sociale media, surfen nieuwssites af, twitteren erop los, kijken naar praatprogramma’s waar deskundigen de degens kruisen over actuele onderwerpen. En we hebben meningen, zoveel meningen, waarmee we de stilte proberen te vullen en te ontwijken. Hoe gemakkelijk is het niet het zwijgen verleerd te raken.

Maar er is kracht in de stilte. “Hoe minder we reageren op onbeschofte, kritische en argumentatieve mensen, hoe vreedzamer ons leven zal worden”, stelt de Amerikaanse schrijfster Mandy Hale. Een diepe waarheid. Als we ons laten meeslepen in negatieve discussies, werpen we olie op het vuur. We staan toe dat het oplaait en onze innerlijke vrede verteert. Misschien reageren we onze spanningen zelfs weer af op anderen, waardoor onvrede de kans krijgt zich als een lopend vuurtje door de samenleving te verspreiden.

Krachtige daad

Jezus zwijgt. In plaats van zich te laten meeslepen in een negatief discours, kiest hij ervoor zijn innerlijke vrede te bewaren. Misschien bidt hij zelfs in stilte voor zijn aanklagers. Het lopende vuurtje dat zijn vijanden hadden willen ontketenen, loopt vast in de stilte.

Waarom worden zijn tegenstanders zo uitzinnig? Ze verlangen ernaar Jezus’ argumenten te kunnen ontkrachten, ze willen hem woorden ontlokken die ze tegen hem kunnen gebruiken. Maar Jezus gunt hen die overwinning niet.

Het gevolg is dat de woorden die zijn tegenstanders uiten, als een boemerang tot hen terugkeren. Met elke beschuldiging wordt hun innerlijke hartgesteldheid een stukje meer zichtbaar. “In de veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet”, waarschuwt koning Salomo, “maar wie zijn lippen bedwingt is verstandig”.

Zwijgen zegt soms meer dan duizend woorden.

Meer lezen?

  • Marcus 14, 58-61
  • Spreuken 10, 19

Moeilijke mensen, waarom zou je ze de andere wang toekeren?

Ze kunnen je het bloed onder de nagels vandaan halen: moeilijke mensen. “Heb je naaste lief als jezelf”, luidt het Tweede Gebod. Maar dat is soms makkelijker gezegd dan gedaan. Moeilijke mensen kunnen het je knap lastig maken. Hoe houd je zelfs tegenover bullebakken, muurbloempjes en weifelaars het hoofd koel?

De moeilijke mens: het kan je buurman zijn, een collega, een familielid of een lastige klant. Moeilijke mensen bezitten het twijfelachtige talent om je op de meest onmogelijke momenten te overvallen. Ze patenteren je tijd door monologen af te steken, overschreeuwen vergaderingen, laten je mailbox vollopen of spelen de rol van de verongelukte ziel. En dan hebben we het nog niet gehad over de opdringerige types die geen “nee” accepteren, en die de hele wereld ervan willen overtuigen dat hun visie de enige juiste is.

Luizen in de pels

Wat maakt moeilijke mensen moeilijk? Wat maakt dat onze hartslag stijgt wanneer ze in de buurt komen? Moeilijke mensen zijn luizen in de pels van het voorspelbare leven. Ze trekken je uit je comfortzone met gedrag dat je geduld op de proef stelt. Manipulatie, intimidatie, roddel, betekenisvol zwijgen tijdens vergaderingen, achterkamertjespolitiek: het is slechts een greep uit het brede palet waarvan ze zich bedienen. Tactieken die je innerlijke balans kunnen verstoren. Dat maakt negatieve emoties los, variërend van ergernis tot woede, onzekerheid of ontmoediging.

Heb je vijanden lief

Het lijkt dus een slimme zet om de wereld op te delen in moeilijke en makkelijke mensen, en vooral je tijd en energie te steken in de laatsten. Dat houdt het leven overzichtelijk en scheelt een hoop ergernis.

Maar dan komt Jezus in de Bergrede met een opmerkelijke boodschap:

“Tot jullie die naar mij luisteren zeg ik: heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten. Als iemand je op de wang slaat, bied hem dan ook de andere wang aan, en weiger iemand die je bovenkleed vraagt, ook je onderkleed niet.”

Lucas 6, 27-30

Uitnodigen tot geweld

“Iemand die je slaat de andere wang toekeren”, vraag je je nu misschien af, “is dat niet een beetje vreemd?” De ander uitnodigen tot geweld is immers in strijd met de menselijke natuur. Wat doen we als we worden aangevallen? We vechten, vluchten of verstijven. In geen geval nodigen we onze vijand uit er nog eens een lap op te geven. Toch zitten er twee belangrijke geheimenissen in de oproep van Jezus.

Olie op het vuur

Jezus daagt ons allereerst uit om niet met gelijke munt terug te betalen, of anders gezegd: om niet te gaan spiegelen. Geen eenvoudige opgave, want het kan verleidelijk zijn een vuistslag te beantwoorden met een vuistslag, en boosheid met nog meer boosheid. Maar daarmee werpen we olie op het vuur en krijgt de negativiteit de kans zich uit te breiden. Gevolg: nog meer negativiteit in de wereld. En dat is uiteraard niet wat we willen bereiken.

Ten tweede kan het toekeren van de andere wang tot inzicht leiden. Om te begrijpen hoe dat werkt, moeten we plaatsnemen in de schoenen van de aanvaller. Stel je voor dat je iemand slaat, en dat die persoon je de andere wang toekeert en zegt: “Toe, geef me er daar ook maar eentje”. Wat zou je reactie zijn? Waarschijnlijk zou je even van je a propos zijn; zo’n aanbod is immers wel het laatste wat je verwacht. De kans is groot dat je niet slaat, maar dat je plots de onredelijkheid van je eigen gedrag inziet.

Gids tot wereldvrede

Dit is de wijsheid van het toekeren van de andere wang: door de agressor even stil te zetten, wordt de spiraal van geweld doorbroken. En door vervolgens vrede tegenover het geweld te plaatsen, krijgt niet het geweld, maar de vrede de kans zich te verspreiden. Dat is waarom Mahatma Ghandi de Bergrede een “gids tot wereldvrede” noemde.

Niet geboren maar gemaakt

Belangrijk om in gedachten te houden, is dat moeilijke mensen dikwijls niet worden geboren maar gemaakt. Achter dat moeilijke gedrag schuilt niet zelden een gebutste ziel die gekwetst, eenzaam of onbegrepen door het leven gaat. Misschien hebben juist moeilijke mensen onze vriendelijkheid wel het hardst nodig. Bovendien kunnen we verrassend veel van ze leren. Moeilijke mensen dagen ons uit grenzen te stellen, geduldig te zijn, en soms houden ze ons een spiegel voor. Gedrag dat we als moeilijk ervaren, zegt namelijk veel over onszelf.

  • Waarom voelen we ons machteloos als iemand onze energie opslorpt? Is dat misschien omdat we ons laten overrompelen, in plaats van helder grenzen te stellen?
  • Waarom roept die joviale persoon irritatie op? Is dat misschien omdat we zelf zeer bedachtzaam zijn, en iets zouden kunnen leren van (het teveel aan) spontaniteit van de ander?
  • En die weifelaar, is die misschien op ons pad gekomen om ons te leren dat beslissingen tijd nodig hebben om te rijpen? Misschien schenkt juist hij ons een lesje in geduld.

Elkaar liefhebben

Moeilijke mensen, ze wandelen onder ons en maken deel uit van onze familie, onze werkvloer en onze gemeenschappelijke ruimten. We zullen ze een leven lang blijven tegenkomen. Sterker nog: grote kans dat ook wij er af en toe één zijn.

Dat is waarom Jezus ons uitdaagt de ander lief te hebben, ondanks al zijn of haar fouten, eigenaardigheden en typische trekjes. Dat is hoe ook hoe wijzelf ons ten diepste geliefd mogen weten.

Meer lezen?

  • Lucas 6
  • Leviticus 19, 18
  • Mattheüs 22, 37-39