Toen ik hoorde dat het Nederlands en Vlaams Bijbelgenootschap zich bogen over een nieuwe Bijbelvertaling, was mijn eerste gedachte: “Dat meen je niet, wéér een vertaling. Wat voegt dat toe?” Met de vele Nederlandse vertalingen waarin de Bijbel verkrijgbaar is, kun je immers al een aardig stapeltje maken. Maar het ondenkbare is gebeurd: na het lezen van de eerste teksten ben ik overtuigd.
Wie een Bijbel wil kopen, zal allereerst de vraag krijgen: “Welke vertaling wilt u?” Een lastige vraag, want het aantal vertalingen rijst de pan uit. Om een indruk te geven:
- Naardense Bijbel
- Nederlands Bijbelgenootschap 1951 (NBG51)
- NBV (Nieuwe Bijbelvertaling)
- SV-J (de klassieke Statenvertaling-Jongbloed)
- HSV (Herziene Statenvertaling)
- Willibrordvertaling (KBS)
- Het Boek
- Groot Nieuws
- Basisbijbel
Zo op het eerste gezicht genoeg om uit te kiezen. Voor wie een vlot alledaags taalgebruik prefereert, zijn de NBV, Het Boek, de Groot Nieuws- en Basisbijbel een goede keus. Gevorderde Bijbellezers die liever zo dicht mogelijk bij de Hebreeuwse en Griekse bronteksten blijven, kunnen uit de voeten met de Statenvertaling of de Naardense Bijbel. De Willibrordvertaling is dan weer een echte katholieke vertaling waarin ook de Deuterocannonieke boeken te vinden zijn, die door protestanten doorgaans niet tot de canon worden gerekend. Kortom: voor elk wat wils.
De beste Bijbelvertaling
Toen ik hoorde dat er een nieuwe vertaling op komst was, was ik dan ook niet direct enthousiast. Maar dat Dries de Bakker van het Vlaams Bijbelgenootschap zo vol overtuiging sprak van “de beste Bijbelvertaling”, intrigeerde toch. En zo zat ik een week later over de eerste teksten gebogen. En zowaar, met elke nieuwe zin raakte ik een beetje meer overtuigd. Reden om een paar voorbeelden met jullie te delen. Laten we bij het begin beginnen: Genesis 1, 1-2.
In het begin schiep God de hemel en de aarde. De aarde was woest en doods, duisternis lag over de oervloed, en over het water zweefde Gods geest. God zei: ‘Laat er licht zijn’, en er was licht. (NBV21)
In den beginne schiep God den hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was op den afgrond; en de Geest Gods zweefde op de wateren. En God zeide: Daar zij licht! en daar werd licht. (SV)
In het begin maakte God de hemel en de aarde. De aarde was helemaal leeg. Er was nog niets. De aarde was bedekt met water en het was er helemaal donker. De Geest van God waaide over het diepe water. En God zei: “Ik wil dat er licht is!” Toen was er licht. (Basisbijbel)
Bij de Statenvertaling (SV) lag de focus op het zo dicht mogelijk aansluiten bij de Hebreeuwse brontekst. Dat levert een accurate vertaling op en een taalgebruik dat door de ware liefhebbers wordt gekoesterd. Maar hoe schoon die taalrijkdom ook mag zijn, ze zal moderne mensen niet langer vertrouwd in de oren klinken. Pogingen om de Bijbel accuraat te vertalen, resulteert vaak in een wat archaïsch aandoend taalgebruik.
Voor veel Bijbelvertalers is dat reden om wat soepeler om te gaan met de brontekst en het zwaartepunt te leggen bij het hedendaagse taalgebruik. Een uitwas daarvan is de Bijbel in sms-taal die in 2006 verscheen. Maar ook de Basisbijbel grossiert in taal die in brieven van de Nederlandse Belastingdienst niet zou misstaan. Een uitkomst voor kinderen, anderstaligen en absolute beginners, maar zelfs het zinderende Hooglied en het huiveringwekkende Koningen willen maar niet spannend worden. Daarvoor doet het allemaal net iets te kinderlijk en te staccato aan.
Verschillen met NBV en HSV
De verschillen tussen de NBV21, de NBV en de HSV zijn zo op het oog minder groot. Maar ook daar loont een vergelijking. Laten we er voor de gelegenheid eens kijken naar de Bergrede in het Nieuwe Testament, en wel in Mattheüs 5, 43-44.
Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Je moet je naaste liefhebben en je vijand haten.” Dit zeg Ik daarover: heb je vijanden lief en bid voor wie je vervolgen; alleen dan zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel. Hij laat zijn zon immers opgaan over goede en slechte mensen en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. (NBV21)
Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Je moet je naaste liefhebben en je vijand haten.” En ik zeg jullie: heb je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen, alleen dan zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel. Hij laat zijn zon immers opgaan over goede en slechte mensen en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. (NBV)
U hebt gehoord dat er gezegd is: U moet uw naaste liefhebben en uw vijand moet u haten. Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen; zodat u kinderen zult zijn van uw Vader, Die in de hemelen is, want Hij laat Zijn zon opgaan over slechte en goede mensen, en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. (HSV)
Op het eerste gezicht zijn de verschillen tussen NBV21 en de oude NBV minimaal. Toch zijn er wel een paar:
- De formule die in Mattheüs 5 zesmaal volgt nadat Jezus uit de Thora citeert, is aangepast. Staat er in de NBV “en ik zeg u”, in de NBV21 is dat: “dit zeg ik daarover”.
- “Bid voor wie jullie vervolgen” heeft plaatsgemaakt voor “bid voor wie je vervolgen”.
Over die eerste aanpassing zeggen de vertalers: “In de NBV is die formule wisselend vertaald, in de NBV21 willen we werken met één vaste formule, net als in de brontekst. Die moet zorgvuldig gekozen worden. Het moet niet klinken als een directe tegenstelling, zoals zou kunnen met ‘Maar ik zeg u’. Bovendien moet uit de formule blijken dat Jezus er niet zomaar iets naast zet, maar dat Hij tot de kern van de zaak wil doordringen, die veel verder gaat dan men zou verwachten”. De tweede aanpassing snijdt eveneens hout, aangezien “jullie” in de NBV zowel onderwerp als lijdend voorwerp kan zijn.
Leggen we de Herziene Statenvertaling ernaast, dan valt op dat de tekst aanzienlijk langer is. Waar Jezus in de vertalingen van het Bijbelgenootschap twee geboden tegenover het Thoracitaat plaatst, zijn dat er in de HSV vier. Dat verschil is verklaarbaar: in veel Griekse manuscripten ontbreken de laatste twee geboden. De meeste vertalers gaan er daarom vanuit dat ze in de vierde of vijfde eeuw zijn ingevoegd om de tekst in overeenstemming te brengen met Lucas 6, 28. Het vertaalverschil vloeit dus voort uit een verschil van visie.
De brontekst getrouw
Dat toont meteen dat dé Nederlandse Bijbel niet bestaat, vertalen blijft bovenal mensenwerk. Elke vertaling is het resultaat van grondige reflecties op oude teksten, die een andere wereld weerspiegelen dan onze alledaagse realiteit. Bijbelvertalers staan voor de taak door hun exegetische keuzes telkens opnieuw de brug te slaan, en oude teksten inzichtelijk en begrijpelijk te maken voor de mensen van vandaag. Geen sinecure. Uit de eerste teksten van NBV21 blijkt dat de vertalers hun werk grondig, en met liefde voor taal hebben gedaan.
Hebben we daarmee “de beste Bijbelvertaling” in handen? Die vraag is niet eenvoudig te beantwoorden. De stapel Bijbelvertalingen weerspiegelt bovenal een grote diversiteit aan lezers, ieder met zijn eigen instapniveau, leefwereld en voorkeuren. Er bestaat niet zoiets als een one size fits all-Bijbelvertaling. Maar wie een Bijbel zoekt die haar grondtekst trouw blijft, en waarin Genesis leest als een boeiend ontstaansverhaal, de Psalmen als poëzie en het Mattheüs-evangelie als een roman, doet er goed aan nu alvast een exemplaar te reserveren. Bij mij krijgt de NBV21 in ieder geval een ereplaats op mijn nachtkastje.
Reserveren?
De NBV21 verschijnt naar verwachting in oktober. Reserveren kan online of via de boekhandel. Meer informatie is verkrijgbaar via het Vlaams Bijbelgenootschap of het Nederlands Bijbelgenootschap.